Zwevend beton
Maart 2020
Maart 2020
Natalia Ossef was de eerste die gebruik maakte van het tuinatelier van het K.F. Hein Fonds, voorjaar 2017. Ze werkte destijds vooral als schilder en maakte in het atelier nieuwe stappen, meer richting collage. “Mijn manier van werken begint met het verzamelen van beeldmateriaal, deze beelden/foto’s zijn de basis voor de aquarellen, collages en olieverfschilderijen. Ik ben telkens weer op zoek naar hoe (culturele) identiteit samengaat met de herinnering die vastgelegd wordt op deze foto’s.” vertelde ze destijds in een interview.
Afgelopen twee jaar volgde ze een master in Antwerpen en ze was nog niet lang terug in Utrecht toen het fonds haar vroeg iemand voor te stellen voor een vlag. Veel namen die in haar hoofd voorbij kwamen vielen af omdat het te voor de hand liggende keuzes waren, of de vlag teveel een plaatje zou worden. Eén naam bleef hangen. Een haar onbekende kunstenaar wiens werk ze nog maar een paar keer had gezien, bij Lokaal en bij Logman: Maaike Kramer. De objecten van Maaike intrigeerden haar. De paradox tussen initimiteit en het materiaal beton en een historische laag die ze ook in haar eigen werk herkende. Bij Maaike leek de opdracht passend, juist omdat het niet zo voor de hand lag.
Maaike kende ook Natalia niet. In de context van deze opdracht van maken ze kennis met elkaars werk, atelier en geschiedenis. Een mooi neveneffect van het vlaggenproject. Visueel is het werk van Natalia Ossef en Maaike Kramer totaal verschillend, maar inhoudelijk is gelaagdheid en een collage achtige manier van werken iets wat ze gemeen hebben.
Niets alles is wat het lijkt
Maaike maakt objecten in beton. Objecten aan de wand en op de vloer. Opvallend is dat het beton geen massief, kil blok is maar allerlei sporen in zich draagt. Sporen van andere materialen, sporen van tekeningen en letterlijk ook verschillende lagen waarin het werkproces zichtbaar blijft. Maaike: "Het is ontstaan toen ik een aantal residencies deed en daar werk maakte dat afgestemd was op de ruimte. Vaak een herhaling van elementen in de ruimte in objecten, of tekeningen met en op het materiaal dat ik daar aantrof, zeil, behang, staal, beton. Het eindresultaat was dan een foto. Tegelijk tekende ik veel op grijs karton met grafietpotlood. Maar ik was opzoek naar meer ruimtelijkheid en materialiteit. Toen ben ik zelf beton gaan gieten, ruimtelijkheid gaan creëren en tekeningen gaan combineren in het materiaal. Beton bleek veelzijdiger dan ik dacht. Het neemt alle eigenschappen over van de mal en je kunt er heel subtiele ingrepen op uitvoeren."
In de mallen die ze voor het gieten gebruikt plaatst ze tekeningen en soms gevouwen papier, waarvan een afdruk in het eindresultaat te zien is. Dit geeft een subtiel en verwarrend effect aan de objecten. Het lijkt veel zachter en mysterieuzer dan je van beton gewend bent.
Dat spel met verwachtingen en dingen die anders zijn dan wat je denkt te zien zat altijd al in haar werk. Bijvoorbeeld in de fotowerken waarbij ze een grote foto van een ruimte in diezelfde ruimte plaatste. Met subtiele verschillen, waardoor je niet zeker bent waar je naar kijkt. Dat aspect heeft ook een inhoudelijke lading: dingen zijn niet altijd wat ze lijken in het leven, in mensen. Je moet jezelf de ruimte gunnen voor een ander perspectief, een tweede blik. Je bewust zijn van de mogelijkheid dat je wellicht bevooroordeeld bent.
In het werk nodigt het vaak uit tot het aanraken van de objecten. Is dit echt beton? Hoe kan het er zo zacht en kwetsbaar uitzien? Ook in het evenwicht is het subtiel, vloerobjecten lijken net niet om te vallen. Muurobjecten zijn onzichtbaar bevestigd.
Ook Natalia gaat in haar werk het gesprek aan met de omgeving, de ander, de geschiedenis. Sinds haar master in Antwerpen gaat ze conceptueler te werk en graaft dieper dan haar eigen familiegeschiedenis. Bijna als een archeoloog zoekt ze naar haar roots, en ontdekt dan bijvoorbeeld dat vrouwen in het oude Mesopotamië een prominente rol hadden in de samenleving. Met die verhalen gaat ze in dialoog. Het verleden komt dichterbij, het heden van haar eigen familie raakt meer op afstand. "Het werkproces is veel onderzoekender geworden. Het is nog onwennig om die stappen zichtbaar ook naar buiten te zetten, het moet echt nog zijn plek krijgen." Voorheen begon ze met het maken van een schilderij of collage, nu begint het werk in het concept en krijgt het pas daarna de vorm die het nodig heeft; dat kan een schilderij zijn, maar net zo goed een object of installatie. Net als bij Maaike hoeft niet alles concreet benoemd te worden. Iets van het mysterie moet behouden blijven.
Van werken in beton naar een vlag. Was dat een moeilijke vraag?
Maaike: “Nee, toch niet. Ik twijfelde wel even of ik er voldoende tijd voor vrij kon maken. Maar eigenlijk bleek het goed aan te sluiten bij de dingen waar ik al mee bezig was. Ik was aan het werk de vorm van openvallende boeken, en de bladen die dan zo golven. Die golven kon ik ook voor de vlag gebruiken." In het uiteindelijke werk komt ook de tegenstrijdigheid tussen materialen weer terug. Een massieve betonnen vorm golvend op een vlag die hoog boven je in de lucht hangt. Niet alles is wat het lijkt. Ook beton kan zweven
In 2020 viert de kunstcommissie van het K.F. Hein Fonds het 20-jarig bestaan met zes bijzondere kunstopdrachten. Zes kunstenaars en vormgevers uit de provincie Utrecht worden uitgenodigd een vlag te ontwerpen voor aan de vlaggenmast aan de voorgevel van het pand van het K.F. Hein Fonds, aan de Maliesingel 28 te Utrecht. Vanaf januari zal steeds een vlag gedurende twee maanden te zien zijn. Bijzonder: de kunstcommissie selecteert de makers niet zelf, maar vraagt kunstenaars en vormgevers waar het fonds in het verleden mee gewerkt heeft om iemand voor te dragen om de vlag te ontwerpen.
Marjolein Sponselee van Lucy in de Lucht interviewde voor uitLeven! Maaike Kramer en Natalia Ossef over de vlag die Maaike ontwierp voor het K.F. Hein Fonds.